HET ZWAARD VAN DAMOCLES BENGELT NOG STEEDS
Onze arbeidswetgeving is nog steeds stringent, de sociale lasten en financiële druk nog steeds hoog. De uitweg blijft voor velen dan ook de zelfstandige samenwerking.
Nadat de arbeidsrelatiewet van 28 december 2006 in omzetting van de zogenaamde kwalificatiearresten van het Hof van Cassatie partijen de keuze liet op welke basis ze wensten samen te werken – enkel was vereist dat de geuite wil, getoetst werd 4 criteria, overeenstemde met de feitelijke uitvoering – werd de klok sinds 2013 voor een aantal sectoren teruggedraaid onder het vaandel van de bestrijding van de fiscale en sociale fraude. Socio-economische criteria vonden alzo opnieuw hun weg in de reglementering.
Het betreft (voorlopig) de sectoren: vervoer, schoonmaak, bewaking, land- en tuinbouw, werken in onroerende staat.
Er werden 9 specifieke criteria ingevoerd : wie aan minstens 5 hiervan voldoet wordt vermoed werknemer en geen zelfstandige te zijn. Het vermoeden speelt niet in familiale arbeidsrelaties en kan steeds worden weerlegd.
De criteria overlopend:
- Het gebrek aan financieel en economisch risico;
- Het gebrek aan beslissingsmacht i.v.m. financieel beleid;
- Het gebrek aan beslissingsmacht inzake aankoopbeleid;
- Het gebrek aan beslissingsmacht inzake prijsbeleid;
- Geen resultaatsverbintenis;
- Een vaste vergoeding;
- Zelf geen personeel aanwerven;
- Zich niet als onderneming gedragen ten opzichte van derden of slechts 1 opdrachtgever hebben;
- Werken met de bedrijfsmiddelen van de medecontractant: auto, materiaal, werkruimte…
Men dient bij het opstarten van de samenwerking en het opstellen van het contract terdege rekening te houden met voormelde criteria !
Trouwens al gelden de betreffende criteria (voorlopig) enkel voor de opgesomde sectoren is het raadzaam deze steeds in gedachten te houden !
In geval van twijfel over de kwalificatie van een samenwerking kan eveneens sinds 2013 in bepaalde gevallen bij de Administratieve Commissie ter regeling van de Arbeidsrelatie een sociale ruling gevraagd worden waarbij de commissie de gekozen samenwerkingsvorm zal bevestigen of herkwalificeren.
De beslissing is in principe bindend voor de RSZ, RSVZ, de Sociale Zekerheidsfondsen voor Zelfstandigen en geldt voor 3 jaar.
Beroep is mogelijk bij de Arbeidsrechtbank alwaar de rechter niet gebonden door de beslissing.
De ruling kan gevraagd worden vooraf of uiterlijk binnen het jaar na aanvang van de samenwerking.
In een bestaande relatie ruling vragen houdt uiteraard een risico in van herkwalificatie met gevolgen voor het verleden.
De beslissingen van de rulingcommissie in het licht van de 4 basiscriteria ter beoordeling van de kwalificatie van de arbeidsrelatie overlopend tonen aan dat vooral belang wordt gehecht aan :
- Wil van de partijen
- De intenties van partijen zijn belangrijk als geen uitdrukkelijke wil is uitgedrukt.
- Organisatie van de werktijd
- Vaste werkuren en mogelijkheid tot afwijking
- Keuze + controle tijdsbesteding
- Verantwoording ziekte
- Keuze en verantwoording vakantie
- Organisatie van het werk
- Mogelijkheid werk te weigeren;
- Werken met eigen personeel;
- Aard afspraak + rapportering;
- Werken met eigen materiaal
- Hiërarchische controle
- Welke controle-instrumenten voorhanden zijn;
- De aardrapportering;
- De mate van reële autonomie;
BESLUIT
Zelfstandige: schijn of werkelijkheid? Het blijft ook vandaag een prangende vraag.
De mogelijkheid tot herkwalificatie is nog steeds latent aanwezig.
De rekening voor de opdrachtgever/werkgever in dat geval gepeperd : RZS-bijdragen meer intresten (7 %) en forfaitaire verhogingen (10 %), loonvorderingen, vorderingen vakantiegelden, 13de maand, aansluitingen bij groepsverzekering… Onafgezien van mogelijke correctionele veroordelingen of administratieve geldboetes.
Vrijwaringsclausules zijn mogelijk doch enkel indien de opdrachtnemer een vennootschap is.
Voorzichtigheid bij het opstellen van de overeenkomst is dan ook geboden: te precieze taakomschrijving, controlemechanismen, aanvragen en verantwoordingen en ter beschikkingstelling van alle bedrijfsmaterialen, auto- en tankkaart inbegrepen, zijn te mijden. Evenals exclusiviteit wat echter wel mogelijk is doch verdacht in de ogen van de sociale inspectie.
Een niet concurrentiebeding past daarentegen in een zelfstandige samenwerking.
Eveneens te mijden: clausules en afspraken die te dicht aanleunen bij de spelregels van de arbeidsovereenkomst bv. qua opzegtermijnen, binnenbrengen ziektebewijzen, aantal te nemen vakantiedagen…
Daarenboven is niet enkel het opstellen van het contract maar tevens de uitvoering in praktijk belangrijk. Zelfs de op papier perfecte zelfstandige samenwerking zal geherkwalificeerd worden als de praktijk op een andere wijze wordt ingevuld !
Voorzichtigheid blijft de boodschap.
Copyright © 2016 Mattijs Voet & Co Overname zonder schriftelijke toestemming is verboden
Disclaimer Deze gratis nieuwsbrief is bedoeld als bron van informatie. De nieuwsbrief beoogt op geen enkele wijze de volledigheid en kan niet worden gelezen of gebruikt als advies. Hoewel de auteurs de grootste zorg besteden aan hun teksten, kan op geen enkele wijze enige aansprakelijkheid voortvloeien uit de inhoud van de nieuwsbrief.